Erediensten
Activiteitenkalender
Voorganger : Ds. N.J. Dekker, Almkerk
Aanvangstijd : 09:30
Zondagmorgen 26 mei – Voorganger Ds. N.J. Dekker - Almkerk
Ouderling Arjan Pullen
Organist Piet van der Meijden
Welkom en mededelingen Jeroen Verhoeven
Na welkom en groet wordt eerst de kaars voor de kindernevendienst aangestoken
Psalm 3: 1 en 2
1. O Heer, de vijand stelt
zijn overmacht in 't veld
en staat mij naar het leven.
Ook hoor ik overal
dat niets mij baten zal
daar God mij heeft begeven.
Maar, Heer, Gij zijt mijn schild.
Ik heb bij U geschuild
met opgerichten hoofde.
Uit Sions heilig oord
kwam steeds uw wederwoord
als ik U riep en loofde.
2. Ik legde mij en sliep.
Ik wist dat wie mij schiep
voor mijn behoud zou waken.
De morgen is gekeerd
en ik mocht ongedeerd,
dank zij Gods trouw, ontwaken.
Nu is mijn vrees voorbij,
God ondersteunde mij
en blijft mij vergezellen.
Zo treed ik in het perk
hoe dreigend ook en sterk
tienduizenden zich stellen.
Stil gebed, Bemoediging en Groet, Klein gloria
Verootmoediging
Psalm 130: 2
2. Zoudt Gij indachtig wezen al wat een mens misdeed,
wie zou nog kunnen leven in al zijn angst en leed?
Maar Gij wilt ons vergeven, Gij scheldt de schulden kwijt,
opdat wij zouden vrezen uw goedertierenheid.
Regel voor het leven
Psalm 119: 5
5. Diep in mijn hart berg ik uw heilig woord,
opdat geen zonde daar kan binnendringen.
Geprezen zijt Gij, Heer, aan ieder oord.
Leid mij in 't licht van uw verordeningen.
Dan zal ik zo dat iedereen het hoort
het hoge recht van uw verbond bezingen.
Gebed bij de opening van het Woord
Kinderlied https://youtu.be/MxICbGMXjW0?feature=shared)
Schriftlezing Handelingen 2: 1 – 19
1 Toen de dag van het Pinksterfeest aanbrak waren ze allen bij elkaar.
2 Plotseling klonk er uit de hemel een geluid als van een hevige windvlaag, dat het huis waar ze zich bevonden geheel vulde.
3 Er verschenen aan hen een soort vlammen, die zich als vuurtongen verspreidden en zich op ieder van hen neerzetten,
4 en allen werden vervuld van de heilige Geest en begonnen op luide toon te spreken in vreemde talen, zoals hun door de Geest werd ingegeven.
5 In Jeruzalem woonden destijds vrome Joden, die afkomstig waren uit ieder volk op aarde.
6 Toen het geluid weerklonk, dromden ze samen en ze raakten geheel in verwarring doordat iedereen hen in zijn eigen taal hoorde spreken.
7 Ze waren buiten zichzelf van verbazing en zeiden: ‘Het zijn toch allemaal Galileeërs die daar spreken?
8 Hoe kan het dan dat wij hen allemaal in onze eigen moedertaal horen?
9 Parten, Meden en Elamieten, inwoners van Mesopotamië, Judea en Kappadocië, mensen uit Pontus en Asia,
10 Frygië en Pamfylië, Egypte en de omgeving van Cyrene in Libië, inwoners van Rome die zich hier gevestigd hebben,
11 en ook mensen uit Kreta en Arabië, zowel Joden als proselieten – wij allen horen hen in onze eigen taal spreken over Gods grote daden.’
12 Verbijsterd en geheel van hun stuk gebracht vroegen ze aan elkaar: ‘Wat heeft dit toch te betekenen?’
13 Maar sommigen zeiden spottend: ‘Ze zullen wel dronken zijn.’
14 Daarop trad Petrus naar voren, samen met de elf andere apostelen, verhief zijn stem en sprak de menigte toe: ‘U, Joden en inwoners van Jeruzalem, luister naar mijn woorden en neem ze ter harte.
15 Deze mensen zijn niet dronken, zoals u denkt; het is immers pas het derde uur na zonsopgang.
16 Wat hier nu gebeurt, is aangekondigd door de profeet Joël:
17 “Aan het einde der tijden, zegt God, zal Ik mijn Geest uitgieten over al wat leeft. Dan zullen jullie zonen en dochters profeteren, jongeren zullen visioenen zien en oude mensen dromen dromen.
18 Ja, over al mijn dienaren en dienaressen zal Ik in die tijd mijn Geest uitgieten, zodat ze zullen profeteren.
19 Ik zal wonderen doen verschijnen aan de hemel boven en tekenen geven op de aarde beneden, bloed en vuur en rook.
Psalm 4: 3
3. Ik kan gaan slapen zonder zorgen,
want slapend kom ik bij U thuis.
Alleen bij U ben ik geborgen.
Gij doet mij rusten tot de morgen
en wonen in een veilig huis.
Verkondiging
Gezang 14: 1 t/m 5
1. De Heer is mijn Herder!
'k Heb al wat mij lust;
Hij zal mij geleiden
naar grazige weiden.
Hij voert mij al zachtkens
aan waat'ren der rust.
2. De Heer is mijn Herder!
Hij waakt voor mijn ziel,
Hij brengt mij op wegen
van goedheid en zegen,
Hij schraagt me als ik wankel,
Hij draagt me als ik viel.
3. De Heer is mijn Herder!
Al dreigt ook het graf,
geen kwaad zal ik vrezen,
Gij zult bij mij wezen;
o Heer, mij vertroosten
uw stok en uw staf!
4. De Heer is mijn Herder!
In 't hart der woestijn
verkwikken en laven
zijn hemelse gaven;
Hij wil mij versterken
met brood en met wijn.
5. De Heer is mijn Herder!
Hem blijf ik gewijd!
'k zal immer verkeren
in 't huis mijnes Heren:
zo kroont met haar zegen
zijn liefde me altijd.
Dank- en voorbeden
Inzameling van de gaven
Gezang 477: 1 en 2
1. Geest van hierboven,
leer ons geloven,
hopen, liefhebben door uw kracht!
Hemelse Vrede,
deel U nu mede
aan een wereld die U verwacht!
Wij mogen zingen
van grote dingen,
als wij ontvangen
al ons verlangen,
met Christus opgestaan. Halleluja!
Eeuwigheidsleven
zal Hij ons geven,
als wij herboren
Hem toebehoren,
die ons is voorgegaan. Halleluja!
2. Wat kan ons schaden,
wat van U scheiden,
Liefde die ons hebt liefgehad?
Niets is ten kwade,
wat wij ook lijden,
Gij houdt ons bij de hand gevat.
Gij hebt de zege
voor ons verkregen,
Gij zult op aarde
de macht aanvaarden
en onze koning zijn. Halleluja!
Gij, onze Here,
doet triomferen
die naar U heten
en in U weten,
dat wij Gods zonen zijn. Halleluja!
Zegen met gezongen amen